‘Het plan is om tegen 2030 minstens 50 procent van alle bushaltes in Vlaanderen toegankelijk te maken, maar daar zijn we voor wat betreft onze provincie nog lang niet’, zegt Vlaams Parlementslid Loes Vandromme die cijfers van de Vlaams minister voor Mobiliteit analyseerde. In West-Vlaanderen zijn exact 921 haltes toegankelijk voor personen met een motorische beperking, dit is 22,32%. Mits assistentie wordt dit 1388 haltes, of 33,64%. Voor personen met een visuele beperking blijken maar 417 haltes toegankelijk te zijn, net één tiende van alle haltes in onze provincie. ‘Aan dit tempo geraken we er niet’, stelt het parlementslid.
Verschillen tussen de vervoersregio’s
West-Vlaanderen telt vijf vervoersregio’s. ‘Binnen die verschillende regio’s zijn toch opmerkelijke verschillen’, stelt Vandromme. Zo springt regio Oostende er bovenuit met de meest toegankelijke bushaltes. 33,7% is toegankelijk voor personen met een motorische beperking, en bijna de helft indien er assistentie is. 16% van de haltes is toegankelijk voor personen met een visuele beperking. De vervoersregio Midwest heeft het minst toegankelijke bushaltes ten opzichte van de totaal aantal haltes in de regio. Maar 15,4% van de haltes is toegankelijk voor personen met een motorische beperking, met assistentie verhoogt dit maar tot 23,6%. Over de hele provincie van West-Vlaanderen zijn 22,32% van de bushaltes toegankelijk voor personen met een motorische beperking, 33,64% mits assistentie en 10,11% voor personen met een visuele beperking.
West-Vlaanderen doet het relatief goed
In vergelijking met de rest van Vlaanderen doet West-Vlaanderen het relatief goed. In heel Vlaanderen is slechts 17,69% van alle bushaltes toegankelijk voor personen met een motorische beperking tegenover de West-Vlaamse 22,32%. Ook voor mensen met een visuele beperking ligt het Vlaamse percentage lager dan die van de provincie, respectievelijk 9,64% tegenover 10,11%. Alleen mits assistentie doet Vlaanderen het beter dan West-Vlaanderen, respectievelijk 35,44% tegenover 33,64%.
Samenwerking nodig om vaart te maken
Wie voor welke bushalte verantwoordelijk is, hangt af van de weg waarlangs de halte gelegen is. De lokale besturen zijn verantwoordelijk voor bushaltes langs gemeentelijke wegen. Langs gewestwegen zijn het de vervoersregio’s die beslissen. ‘Als we vaart willen maken met het toegankelijker maken van bushaltes, dan zal er meer samenwerking nodig zijn tussen De Lijn, de lokale besturen en de Vlaamse Overheid’, vindt Vandromme. De Vlaamse Overheid trekt jaarlijks 3.8 miljoen euro uit voor dit soort maatregelen. En de minister beloofde ook te komen met een leidraad van good practices ter ondersteuning.


Vervoersregio Oostende omvat 9 gemeenten:
Bredene, De Haan, Gistel, Ichtegem, Koksijde, Middelkerke, Nieuwpoort, Oostende en Oudenburg
Vervoersregio Midwest omvat 16 gemeenten:
Ardooie, Dentergem, Hooglede, Ingelmunster, Izegem, Ledegem, Lichtervelde, Meulebeke, Moorslede, Oostrozebeke, Pittem, Roeselare, Staden, Tielt, Torhout en Wielsbeke.