Iets meer dan een jaar geleden werd de wateroverlast van november 2023 als ramp erkend. Vandaag zijn zo goed als alle schadedossiers behandeld. Het aangevraagde schadebedrag bedroeg in totaal iets meer dan 36 miljoen euro. 58% van alle dossiers komt ook in aanmerking voor een tegemoetkoming. In zes op de tien goedgekeurde dossiers is de tegemoetkoming ook al effectief uitbetaald: het gaat over iets meer dan 1.8 miljoen, omgerekend dus zo’n 5% van het oorspronkelijk gevraagde bedrag. Dat blijkt uit cijfers die Vlaams Parlementslid Loes Vandromme (cd&v) opvroeg bij de minister-president. Het parlementslid doet een oproep om de modaliteiten van het Rampenfonds nog eens goed onder loep te nemen. ‘Mensen zijn vooraf beter goed op de hoogte waarvoor tussenkomst voorzien is en waarvoor niet. Het is zeer ontmoedigend om achteraf te moeten vaststellen dat velen niet aan de voorwaarden bleken te voldoen maar toch de moeite deden om een dossier op te maken.’
November 2023
De wateroverlast van november 2023 gaat bij vele Westhoekbewoners de geschiedenisboeken in als een zeer bewogen periode. Dorpen liepen onder water, bewoners werden geëvacueerd en duizenden hectaren landbouwgrond overstroomden.
Enkele maanden later erkende de Vlaamse regering de overstromingen als ramp. Schadelijders konden een rampdossier indienen om een tegemoetkoming te verkrijgen. ‘En dat deden de Westhoekbewoners ook massaal,’ weet Loes Vandromme. ‘559 dossiers werden ingediend. 66 daarvan kwamen uit Poperinge. Uit Diksmuide en Ieper kwamen respectievelijk 47 en 45 dossiers.’
In totaal werd een schadebedrag van 36 miljoen euro aangevraagd. In Ieper werd het meeste schade geleden: daar werden 45 dossiers voor een totaal van 5.163.000 euro ingediend. In Poperinge liep het gevraagde bedrag op tot bijna 4.6 miljoen en in Houthulst was er sprake van bijna 4.2 miljoen euro schade.
Pluviale of fluviale ramp?
Lang niet alle aanvragen werden ook goedgekeurd. ‘Begin dit jaar interpelleerde ik de minister-president nog over de lopende procedure. Toen bleek namelijk dat heel wat aanvragen gedeeltelijk of helemaal verworpen werden. Het probleem bleek toen te liggen in het onderscheid tussen zogenaamde pluviale overstromingen, afkomstig van overvloedige regen en de fluviale overstromingen, doordat waterlopen buiten hun oevers treden. De ramp werd erkend als overstroming, waardoor alleen schade door fluviale overstromingen in aanmerking kwam.
‘Als gevolg daarvan werden dus heel wat dossiers afgekeurd,’ gaat Vandromme verder. ‘Van de 559 dossiers werden er 327 (of 58.5%) goedgekeurd voor uitbetaling. In 64 gevallen werd bezwaar ingediend. In 43 dossiers werd dat bezwaar afgewezen, 17 dossiers werden herzien en er werden meestal kleine aanpassingen doorgevoerd, 4 dossiers zijn nog in behandeling.’
Voor de meeste dossiers werd ook een kleiner bedrag toegekend dan werd aangegeven. De hoogste tegemoetkoming bedroeg 50.888 euro, maar gemiddeld werd slechts 5.540 euro per dossier toegekend.
Uitbetaling
Heel wat schadelijders konden dus geen beroep doen op het Rampenfonds, anderen wachten anderhalf jaar na de ramp nog op de uitbetaling. ‘Op vandaag is er zo’n 1.8 miljoen euro uitbetaald. Dat is 5% van het totaal aangevraagde bedrag’, berekende Loes Vandromme.
In Poperinge werd ondertussen voor 201.000 euro uitbetaald. In Houthulst en Ieper is dat respectievelijk 176.537 en 175.785 euro.
‘Of het water nu uit de lucht valt of het komt van een beek die overstroomt, we hebben allemaal gezien wat die overstromingen teweeg hebben gebracht’, concludeert Vandromme. ‘Ik roep de Vlaamse regering dan ook op om op zoek te gaan naar manieren om onze Westhoekbewoners maximaal te ondersteunen om zich te wapenen tegen dergelijke rampen. Een Rampenfonds alleen kan niet het (enige) antwoord zijn.’