In het Vlaamse regeerakkoord dat recent werd voorgesteld, werden de vragen en verzuchtingen van onze Westhoekgemeenten niet vergeten. We merken immers dat heel wat West-Vlaamse speerpunten er in opgenomen zijn. Één van de belangrijkste problematieken die ter harte werd genomen, is de financiële draagkracht van onze plattelandsgemeenten.
De lokale besturen krijgen nu een behoorlijke financiële steun in de rug voor de inspanningen die zij leveren bij het beheren en vrijwaren van de open ruimte. Naast het gemeentefonds, wordt hiervoor een bijkomende algemene financieringslijn opgebouwd waarvoor alle gemeenten, behalve de 13 centrumsteden, in aanmerking komen.
Vlaams parlementslid Loes Vandromme legt uit: ‘We starten met een basisbedrag dat bepaald wordt door een berekeningsformule die onder andere rekening houdt met het criterium van de landelijkheid binnen het gemeentefonds. Dit basisbedrag wordt jaarlijks geïndexeerd en houdt rekening met de oppervlakte bos, tuinen en parken, woeste gronden, gekadastreerde wateren, akkerland, grasland, recreatiegebieden en boomgaarden in de gemeente. De tussenkomst wordt geleidelijk opgebouwd om in 2024 op volle kracht te komen.
Voor de 18 Westhoekgemeenten betekent dit dan samen jaarlijks bijna 8,5 miljoen euro extra. Ook na 2024 volgt deze financieringslijn dezelfde groeivoet als het gemeentefonds. We komen daarmee tegemoet aan een heel pertinente vraag vanuit de Westhoek die al lange tijd ter tafel ligt. Dit was bovendien ook een duidelijke vraag én strijdpunt van CD&V,’ klinkt het.