In het secundair onderwijs daalt het aantal leerlingen in de exacte wetenschappelijke richtingen, maar het aandeel van de West-Vlaamse meisjes wordt er wel groter.
Vorig schooljaar kozen 3.244 West-Vlaamse vrouwelijke leerlingen uit de tweede en derde graad secundair ondewij voor een richting in de exacte wetenschappen. Dat is bijna tien procent minder dan tien jaar eerder. Toch wil dat niet zeggen dat het aandeel meisjes in dit soort richtingen afzwakt. In tegendeel: verhoudingsgewijs waren er in 2012 veertig procent van alle wetenschapsleerlingen meisjes, nu is dit al vierenveertig procent.
'Niet alleen voor het genderevenwicht moeten we streven naar meer vrouwen in de wetenschap, maar ook voor de veiligheid van de samenleving,' zo stelde de directeur van vzw A Seat At The Table. 'Medicatie wordt aangepast aan mannelijke lichamen, veiligheid van auto's wordt getest met mannelijke crashtest-dummy's...'
De Vlaamse overheid is zich al langer bewust van de daling van het aantal leerlingen in wetenschappelijke richtingen enerzijds en de steeds groter wordende vraag naar hooggeschoolde technici en wetenschappers op de arbeidsmarkt anderzijds. Om dat evenwicht weer te herstellen zijn er al heel wat inspanningen geleverd om de STEM-opleidingen meer in de kijker te zetten.
De Krant van West-Vlaanderen wijdde er dit artikel aan.