Studenten die zich willen inschrijven voor de opleiding tot leraar dienen sinds 2017 een verplichte instaptoets af te leggen. Sinds die invoering stijgt het aantal studenten die zich inschrijven voor de lerarenopleiding. Ook stijgt de gemiddelde score. Vlaams parlementslid en onderwijsexperte Loes Vandromme is tevreden dat studenten zich niet laten afschrikken: “De niet-bindende instaptoets steeds meer wat hij wil en moet zijn, een goede graadmeter voor de competenties van studenten die instromen en niet een bijkomende drempel.”
Wie zich wil inschrijven in de lerarenopleiding kleuteronderwijs, lager onderwijs of secundair onderwijs in een hogeschool in Vlaanderen, is sinds 2017 verplicht om deel te nemen aan de instaptoets lerarenopleiding. Na afloop krijgt de kandidaat-student een bewijs dat hij of zij moet voorleggen bij de inschrijving. De toets is niet-bindend maar schept een beeld van het startniveau van de student. De instaptoets omvat de 3 onderdelen Frans, Nederlands en Wiskunde.
Meer inschrijvingen
Opvallend: uit de cijfers die Vlaams parlementslid Loes Vandromme opvroeg blijkt dat het aantal studenten dat gestart is met een lerarenopleiding globaal gezien gestegen is sinds de invoering van die verplichte instaptoets. De stijging is niet gelijk verdeeld over de verschillende opleidingen heen en is vooral terug te vinden bij de opleiding secundair onderwijs. Deze opleiding kent de grootste stijging vanaf 2017-2018. Het aantal inschrijvingen voor het kleuteronderwijs blijft sindsdien dalen.
Uit de gegevens blijkt ook dat ruim 80 procent van de geslaagde studenten effectief start met de lerarenopleiding. Van de studenten die de instaptoets aflegden maar niet aan de lerarenopleiding deelnemen, is de top 5 gekozen opleidingen de bachelor in het bedrijfsmanagement, de bachelor in de orthopedagogie, de bachelor in de verpleegkunde, de bachelor in het sociaal werk en de bachelor in de vroedkunde.
Gemiddelde scores stijgen
Uit de cijfers die Loes Vandromme opvroeg, blijkt ook dat de gemiddelde scores voor de instaptoetsen Nederlands en Wiskunde elk jaar stijgen. Dit geldt niet voor de instaptoets Frans, waar de scores dalen. De scores waren voor het schooljaar 2019-2020 het hoogst bij de instaptoets Nederlands met een gemiddelde van 80 procent. Drie jaar geleden werd er nog 77.22 procent gescoord op deze test. De resultaten voor de instaptoets Frans daarentegen liggen gemiddeld lager. De toets is onderverdeeld in een deel leesvaardigheid luistervaardigheid en grammatica dat er sinds vorig jaar is bijgekomen. Voor het onderdeel Franse leesvaardigheid en luistervaardigheid schommelen de resultaten tussen 60 procent en 68 procent. Op het nieuwe onderdeel grammatica wordt het slechtst gescoord met een gemiddelde van 38,41 procent. De instaptoets wiskunde kent net zoals de toets Nederlands een lichte stijging van enkele procenten sinds 2016-2017. Op de toets wordt echter wel het laagst van de 3 gescoord met een gemiddelde van 56 procent.
Loes Vandromme, volksvertegenwoordiger en onderwijsexperte, reageert tevreden: “We moeten de goede balans houden tussen het opwaarderen van de opleiding en zorgen dat potentiële studenten niet worden afgeschrikt. De instaptoets kan en zal daarbij zijn belangrijke rol blijven spelen. Als een rijk instrument dat inzicht geeft in de competenties die iemand al heeft en die hij/zij nog verder dient te ontwikkelen, maar zonder dat het de toegang tot de lerarenopleiding afsluit. Verder blijft het van groot belang om blijvend in overleg te gaan met de lerarenopleiders. Het nog beter valoriseren van de instaptoets-resultaten om studenten van bij de aanvang van hun opleiding sterker te maken, is daarbij de belangrijkste focus. En ook de toets zelf verdient een verdere dialoog. We horen dat sommige vaardigheden nu (nog) niet getest worden terwijl dat wel interessant en wenselijk zou zijn Zo gebruikt VDAB vandaag bepaalde screenings die ook voor de instaptoets relevant kunnen zijn. Zorg en aandacht voor het verder optimaliseren van de toets blijft op zijn plaats.”