Planlastcalculator mist (voorlopig) zijn doel

Publicatiedatum

Auteur

Loes Vandromme Vandromme

Deel dit artikel

Begin vorig jaar lanceerde de onderwijsinspectie een planlastcalculator. Daarmee kunnen scholen hun eigen planlast in kaart brengen. Met de gemiddelde scores van de deelnemende scholen kan de onderwijsinspectie dan aan de slag om oplossingen te zoeken voor zaken waar scholen collectief planlast bij ondervinden. Acht maanden na de lancering van deze calculator hebben welgeteld 293 Vlaamse scholen, voornamelijk basisscholen, een eigen dashboard aangemaakt. Dat blijkt uit het antwoord op een schriftelijke vraag van Loes Vandromme, Vlaams parlementslid voor cd&v en onderwijsspecialiste aan de minister van Onderwijs. ‘We kunnen dit bezwaarlijk een succes noemen,’ stelt ze. ‘Ik hoop dat dit niet het enige antwoord van de minister is op de pertinente vraag van de scholen om planlast aan te pakken.  Er is veel meer nodig.’

Planlast

Zowel bij leerkrachten als directies wordt planlast bijzonder vaak ervaren als een belemmering van hun kerntaken. De administratieve rompslomp is voor velen een bron van stress en de oorzaak van burn-out of andere psychische klachten, zo lezen we onder andere ook in het Rapport van de commissie van Wijzen. Planlast is niet zo gemakkelijk te omschrijven omdat niet iedereen hetzelfde verstaat onder planlast. In het algemeen hebben we het over allerlei zaken die moeten bijgehouden of geregistreerd worden zonder dat leerkrachten er het nut van inzien of niet onmiddellijk aantoonbaar bijdragen tot goed onderwijs. Uit onderzoek van Muylaert, Decramer en Audenaart bleek dat leerkrachten maar liefst 33% van hun werk als planlast ervaren. Ze geven ook aan dat de planlast de laatste jaren gestegen is. 92% van de bevraagde leerkrachten gaf aan dat ze de taken die ze als planlast ervaren, wel effectief uitvoeren.

 

Calculator

Omdat de onderwijsinspectie het beperken van administratieve lasten aanmoedigt, lanceerde ze begin vorig jaar een nieuw instrument, de zogenaamde planlastcalculator waarmee scholen hun eigen planlast in kaart brengen.

Met dat instrument kunnen directies het schoolteam bevragen voor welke gebieden ze planlast ervaren en waar men dus prioritair op kan inzetten om planlast te reduceren. De scholen ontvangen na de bevraging een rapport waarmee ze aan de slag kunnen om samen planlast aan te pakken.

De onderwijsinspectie zelf heeft geen toegang tot de resultaten van de individuele scholen maar kijkt naar de gemiddelde scores van alle deelnemende scholen. Zo kan ze rapporteren waar scholen collectief planlast ervaren en samen met alle betrokken partners naar een oplossing zoeken.

De tool kent voorlopig echter geen groot succes. ‘Acht maanden na de lancering van de calculator hebben nog geen 300 Vlaamse scholen of amper 7.59% van de scholen de toegang tot deze digitale tool aangevraagd,’ weet Loes Vandromme. ‘De minister wees nochtans naar de planlastcalculator als hét instrument om de planlast in kaart te brengen en ze ook aan te pakken. Er is dus duidelijk een actievere aanpak nodig,’ vindt Vandromme.

 De onderwijsinspectie beschikt wel over een geanonimiseerde, Vlaanderenbrede databank met alle antwoorden uit de planlastcalculator. De eerste gegevens worden momenteel samen met de eerste resultaten van de planlastradar door de onderwijsinspectie verwerkt in een planlastrapport. Dit rapport zal de eerste helft van het kalenderjaar aan de minister bezorgd worden.

‘Wat voor onze fractie cruciaal is, is de professionele autonomie van onze leerkrachten en schoolleiders,’ stelt Loes Vandromme. ‘Dat moet altijd en overal het vertrekpunt zijn. We kunnen nooit genoeg het belang van het vertrouwen in leerkrachten en schoolteams benadrukken.’ De Nederlandse onderwijsraad benadrukte het heel terecht in hun advies ‘leraar-zijn’: ‘Het verhogen van de professionele autonomie van leraren is één van de meest effectieve manieren zijn om de kwaliteit van onderwijs te bevorderen.’ ‘Laat ons daar volop voor gaan,’ besluit Vandromme.

 

Tabel: aantal scholen per onderwijsniveau en per provincie dat tussen mei en december 2023 een dashboard in de planlastcalculator aanmaakten.

 

Nieuws

Opstart Samen Lezen-project in de bib

Op 21 januari lanceert het Poperingse leerecosysteem Aster in samenwerking met de bib ‘Samen Lezen’. Om de twee weken kan je een bijeenkomst bijwonen in de bib. Een vrijwilliger leest hardop een verhaal of een gedicht voor. De groep gaat dan in gesprek over gedachten en gevoelens die dit bij hen oproept. Aster is een Europees initiatief, voor dit project zijn naast de bib ook Avansa Oostende-Westhoek, De Lovie vzw, Ligo, OverKop en hogeschool VIVES partners.

Steeds meer kwetsbare jongeren dreigen van het leerpad af te geraken

Deeltijds beroepsonderwijs kantelt binnenkort volledig in, in duaal leren, maar voor veel jongeren is er geen geschikt traject. Loes Vandromme, Vlaams Parlementslid voor cd&v en onderwijsexperte trekt aan de alarmbel: ‘Het is hoog tijd om werk te maken van meer flexibele leerwegen om ook het leerrecht van de meest kwetsbare leerlingen te garanderen op weg naar een onderwijskwalificatie.’

Lezen wordt voor iedereen toegankelijk in Vlaanderen

In 2025 wordt werk gemaakt van de koppeling tussen de online catalogus van alle bibliotheken en de bijzondere bibliotheken zoals Luisterpunt, een specifieke Vlaamse openbare bibliotheek voor personen met een leesbeperking. Blinden, slechtzienden, maar ook personen met dyslexie kunnen er terecht voor luisterboeken of DAISY-boeken. Binnenkort zal er ook meer Vlaamse content aangeboden worden op het e-platform en vanuit de Vlaamse regering wordt het gesprek met de federale collega’s omtrent een uitzonderingsregel in de auteurswetgeving aangegaan. Die regeling moet het mogelijk maken dat mensen die Nederlands leren, maar geen leesstoornis hebben, ook gebruik kunnen maken van DAISY-boeken van Luisterpunt.

Vlaams parlementslid Loes Vandromme (cd&v) is tevreden dat er verder werk gemaakt wordt van inclusie op vlak van lezen. ‘Zo verlagen we de drempel voor vele mensen om makkelijker en sneller boeken te vinden.’